Scandinavië kent nog echte ongerepte natuur. Het leefgebied van vele diersoorten zoals vossen, elanden, rendieren en zelfs wolven en beren. In Noorwegen en Zweden hebben zij alle ruimte om rond te trekken. 

Roofdieren
De omgeving is het leefgebied van roofdieren zoals de bruine beer, de lynx en de wolf. Ze verschuilen zich meestal diep in de bossen.  Geen van de roofdieren hier ziet de mens als prooi. Hoogstwaarschijnlijk zal je geen roofdieren zien, ze blijven zo ver mogelijk van mensen uit de buurt en ruiken ons al op enkele kilometers afstand.  Wat doe je als je toch een roofdier ziet? Laat rustig weten dat je er bent door te praten en verlaat kalm de plek waar je bent.
 

Eland 

De eland: we spotten hem graag, maar hij laat zichzelf niet snel zien. Deze grootste uit de familie hertachtigen heeft een opmerkelijke snuit en lange poten. Het gewei van een mannetje kan twee meter spanwijdte ontwikkelen. Je grootste kans een eland te zien is vroeg in de ochtend, aan de waterkant. 
 

Rendier

In Noorwegen kan het best zijn dat je meer rendieren dan mensen tegenkomt. In onze kanogebieden in Zweden komen ze niet voor. Het rendier  is een sociaal dier dat veel in kuddes rondtrekt. Zowel de mannetjes als de vrouwtjes hebben een gewei, maar die van mannetjes is iets groter. Een volwassen rendier weegt 100 tot 300 kilo, hij is ruim een meter hoog en wordt ongeveer 10 jaar oud. Ze eten korstmos, zelfs onder de sneeuw weten ze dat te vinden. Zie je verkleuringen op de stam van naaldbomen? Dat komt doordat rendieren korstmos van de onderste kant van bomen eten. Daardoor krijgen bomen daar een lichtere kleur. De grootste vijand van rendieren is de wolf.